vrijdag 5 december 2014

Croissants (met amandelen)

Ter ere van vrijdag bakdag was ik zonet op zoek naar een dessert om te maken. Bij het doorbladeren van het kookboek '1001 cupcakes, koekjes en andere zoete zonden', viel mijn oog op het recept voor croissants. Het recept is eigenlijk een recept voor bladerdeeg dat ze dan in driehoeken snijden en croissants van rollen. Een van de tips erbij is dat amandelcroissants (croissants met een stukje marsepein in het midden) ook heel lekker zijn. Wat blijkt, ze zijn allebei heel lekker, maar de amandelcroissants zijn wel het beste.



Wat heb je nodig voor 12 croissants ?

  • 450 g bloem (plus extra om te bestuiven)
  • 3 el fijne kristalsuiker
  • 1 tl zout
  • 2 tl gedroogde gist
  • 300 ml lauwe melk
  • 320 g boter
  • 1 ei (om te bestrijken)
  • 1 el melk (om te bestrijken)
Hoe maak je het ?
  • Doe de bloem, de kristalsuiker, het zout en de gedroogde gist in een grote kom.
  • Maak een kuiltje in het midden en doe de lauwe melk erbij.
  • Kneed alles tot een zacht deeg dat niet te veel plakt (voeg zo nodig nog een beetje bloem bij) tot het soepel en elastisch is.
  • Leg het in een grote kom, dek af en laat het op een warme plaats rijzen tot het in volume verdubbeld is.
  • Leg intussen de boter tussen twee vellen bakpapier en rol hem met een deegroller uit tot een rechthoek van 5 mm dik en 15 cm breed. (Eventueel een 5 à 10 minuten wachten zodat de boter wat zachter is geworden.)
  • Leg de boter terug in de koelkast.
  • Als het deeg verdubbeld is in volume, kneed je het nog even door.
  • Haal de boter terug uit de koelkast.
  • Rol het deeg op een royaal met bloem bestoven werkblad tot een rechthoek va ongeveer 46 x 15 cm.
  • Leg de plak boter in het midden en vouw de zijkanten van het deeg over de boter. Druk de randen voorzichtig aan.
  • Vouw met de korte zijde van het deeg naar je toe, het bovenste derde deel naar het midden en vouw dan het onderste derde deel naar het midden, over het bovenste deel heen.
  • Draai het deeg een kwartslag.
  • Rol het uit tot zijn oorspronkelijke formaat en vouw het nogmaals op deze manier.
  • Doe dit nog twee maal (kwartslag draaien en vouwen)
  • Snijd het deeg doormidden met een scherp mes opdat je de lagen niet zou schaden.
  • Rol elk stuk uit tot een rechthoek van ongeveer 5 mm dik.
  • Gebruik een kartonnen driehoekssjabloon (18 cm x 20 cm x 18 cm) om driehoeken uit het deeg te snijden. Je zou in totaal 12 croissants moeten bekomen.
  • Bestrijk de driehoeken licht met het ei en melk mengsel.
  • Rol ze op tot croissants en zorg dat het puntje vanonder zit. (Begin bij de horizontale zijde dus)
  • Bestrijk ze weer met het ei-melk mengsel.
  • Laat ze op een bakplaat rijzen tot ze weer in volume verdubbeld zijn.
  • Verwarm de oven voor op 200 °C.
  • Bak de croissants 20 minuten in de voorverwarmde oven.
  • Laat ze een beetje afkoelen op een taartrooster en serveer warm/lauw.
TIP 1 : Leg een beetje marsepein op elke driehoek voor je deze oprolt tot croissants.
TIP 2 : Rol het deeg niet te geweldig want het is de bedoeling dat de boter en het deeg aparte laagjes vormen en niet met elkaar vermengd raken. Stel dat de boter te zacht wordt tijdens het rollen van de bladerdeeg, plaats het deeg dan even in de koelkast.

SMAKELIJK !!!!!!!!!




Geen opmerkingen:

Een reactie posten